Dit keer gaan we het hebben over permanente persoonlijke groei. Dat is een beetje de kern van The Development School lijkt me. Ik begin met een mooie metafoor die ik laatst hoorde. Een rups gaat niet dood als een rups. Het is de bedoeling dat dat een vlinder wordt en dat geldt eigenlijk voor ons allemaal. Is dat zo Menno?
Menno – Ja, ik denk het wel. Ik denk dat groei de kern is van je leven. We komen ter wereld als een baby’tje wat afhankelijk is van mama. En je groeit op, dat gaat met vallen en opstaan. Letterlijk word je groter en word je minder afhankelijk en zo ga je het leven door. Dat is de uiterlijke vorm, van je lichaam. Maar ik denk dat het zeker geldt voor je geest. Ik denk dat dat ook gaat over leren en groeien. En ook over het leren hanteren van je emoties.
Hoe je daarmee omgaat? Een voortdurende groei om naar iets door te groeien, wat een nieuw niveau inhoudt. Dat kan je ook zien als het laten groeien van al het potentieel dat in jou zit. Maar wat misschien onder de ijsberg onder water zit. Om dat naar buiten te brengen en tot expressie te laten komen in de wereld zoals we die kennen om ons heen.
René – Maar ben je dan op een gegeven moment niet gewoon klaar met groeien?
Menno – Als je klaar bent, ga je dood. Het is zo simpel. Ik denk juist dat er altijd een nieuw hoofdstuk is. Sterker nog, elke dag dat je opstaat is een nieuwe dag en geeft je weer de mogelijkheid om dingen in jezelf te ervaren. Dingen in het werkelijke leven te ervaren, ontmoetingen te hebben. Samen zijn met mensen, je terug te vinden op plekken en dingen te doen waarvan je dacht van ‘jee zeg ik dat nou echt’, of ‘doe ik dat nou echt’? En wat blijkt? Ja hoor, dat doe je gewoon echt. Ik denk dat die ervaringen en door dat te verwerken, door dat een plek te geven je leert groeien in wat je fijn vindt, wat je minder fijn vindt, maar ook wat je niet meer wil en wat je misschien meer wil. Zo gaat dat denk ik.
René – En toch zijn er mensen die hebben eigenlijk niet zo’n zin in dat permanente. Waarom is dat zo denk je?
Menno – Als het een opgave wordt en je er tegenop ziet, dan is het wel heel erg lastig. Ik denk dat de uitdaging is om jezelf, als we het hebben over permanente persoonlijke groei, in een modus te krijgen dat je het leuk vindt en dat je er niet tegenop ziet. Dat je het leuk vindt. Maar, ik vind ook niet alles leuk, hè? Ik zie ook soms als een berg tegen iets op om iets te doen. Dus de drempel is dan ongelooflijk hoog. Als je jezelf een plezier wilt doen, dan ga je kijken hoe je die berg een beetje kan verlagen. Sterker nog, pak een schop zou ik zeggen, en schep schep voor schep gewoon dat zand weg. In plaats van dat je denkt dat je het allemaal tegelijk moet doen. Dat je het ook allemaal moet wegwerken en dat je je aan iets moet voldoen. Want de lat ligt hoog en daar moet ik aan voldoen. Ik denk dat het vooral voor jezelf leuk moet zijn. Zo krijg je ook een positieve herbevestiging. Als je dingen doet en het lukt bijvoorbeeld.
Ik had laatst met een jonger iemand over public speaking en hoe je dat doet. Dan ga je het een keer proberen en dan lukt het nog niet helemaal. Maar een tweede keer lukt het wel en krijg je er ook een beetje zin in. Dat is belangrijk, zin in iets. Belangrijk, want uiteindelijk; ‘fun makes it run’.
René – Wij kennen elkaar wat langer. Ik ken jou nog van heel lang geleden. Ik weet dat jij stotterde en jij begint nu over public speaking. Daarin heb jij een groei doorgemaakt. Hoe ging dat voor jou toen?
Menno – Dat is wel een mooi punt wat je aanraakt. Ik krijg natuurlijk wel eens vaker terug; ‘Hè? Heb jij gestotterd?’ Ja ik heb 12 jaar gestotterd, in mijn puberteit nog wel. Wat ongelooflijk moeilijk is. Waar je de hele wereld driftig met elkaar ziet praten en zelf kan je daar moeilijk tussen komen en heb je schaamte en allerlei dingen.
Ja en toch. Toch had ik altijd het verlangen om te praten, want ik kon wel praten. Mijn oma hielp me daar altijd bij. Zij zei; ‘ja zing het maar’. En dan ging het. Ik wilde altijd wel praten en praten is eigenlijk een te simplistische voorstelling. Ik wilde mijzelf expressen, ik wilde mijzelf uiten. Ik heb van alles gedaan. Ik had een enorm lieve, maar ook dwingende logopediste die mij dwong om, waar ze dan op 10 meter afstand van mij stond, bij de ANWB-balie kaartjes te gaan kopen. Wat natuurlijk helemaal niet ging want ik kwam niet uit mijn woorden. Maar ja, dat ging ik dan toch doen.
Later waren er mensen om mij heen die zeiden; ‘Menno, je moet dat gaan vertellen. Jeemig, ja hoe dan hè? Ik ben wel altijd op zoek geweest naar manieren, wegen waarop het wèl lukte. Dat is misschien wel de permanente persoonlijke groei. Zoek naar wegen die wèl werken in plaats van blokkades die niet werken.
René – Je hebt zelf wel gewoon zo’n weg ontdekt die wel werkte. En daardoor ging jij ook uiteindelijk de weg zoeken dat je wel voor een groep mensen durfde te staan en jouw verhaal te vertellen.
Menno – Jawel, maar de helft van alles is natuurlijk het overwinnen van je eigen angst. Voor mij is leiderschap ‘je bent bang, maar je doet het toch’. Dat is voor iedereen natuurlijk anders. Want ik kan niet invullen waar jij bang voor bent en jij niet voor mij. Maar we hebben allemaal angsten. Het gaat er op enig moment om dat je het verlangen wat je hebt om te groeien, dat dat groter is dan de blokkade van angst die je tegenhoudt. Dat is een enorme zoektocht. Vertel mij wat over hoe moeilijk dat is. Ik ben zeker uit die tijd een expert in angsten en hoe moeilijk het is om daar een weg in te vinden. Dat je het toch gaat doen en dat het toch gaat stromen in plaats van dat je vastzit. Dat is een zoektocht. Ik denk ook dat het leven ook zo bedoeld is, als een soort van zoektocht. Een zoektocht op weg naar wegen om jezelf te leren ervaren op een manier die je nog niet hebt ervaren.
René – Het leven is gewoon een roadtrip…
Menno – Het is een grote meanderende rivierstroom.
René – Je had het net en passant even over een lat die hoog ligt. Veel mensen kijken natuurlijk vooral naar die lat en dan verstijven ze eigenlijk?
Menno – Je hebt helemaal gelijk, De lat is een heel, heel moeilijk iets. Je hebt ook die reclame met ‘hoe hoog leg jij de lat’, weet je wel? Dan denk ik van, hartstikke leuk, dat is heel goed voor mensen die al bewust ambitieus zijn die er alles uit willen halen. Maar die lat die kan je zeker ook bevriezen. Het is als een hoogspringer. Als je bij een hoogspringer, een professionele hoogspringer, de lat, de stok op 2 meter legt, dan zal die misschien geïnspireerd worden. Maar leg je de lat op 2 meter 80, dan zal de hoogspringer weigeren. Dus het is een heel subtiel proces om die lat voor jezelf neer te leggen. Wat ik zeg is, laten we de lat nou gewoon wat lager leggen. Dat je begint en dat je er zin in krijgt. Dat je het leuk vindt. Maar niet dat je gelijk huizenhoog ergens tegenop gaat zien. ‘Want dat gaat me toch nooit lukken’ enzovoort.
Overigens het omgekeerde is ook waar. Ik zie ook dat mensen niet aan de slag gaan met permanente persoonlijke groei omdat ze zichzelf voor de gek houden. Ze zeggen tegen zichzelf dat de lat te hoog ligt. Zodat ze nooit op weg hoeven gaan.
René – Die snap ik even niet.
Menno – Kijk, je kan ook een stemmetje in je hebben van, ‘dat is niks voor mij’. ‘Nee joh, dat lukt mij nooit’. En dat is dan ook zo. Als je aan mij vraagt om een tweede Ronaldo te worden of Messi. Ja, dan gaat me dat natuurlijk nooit lukken. Dus daar begin ik niet eens aan. Zo kan je ook meer dingen van elkaar en van jezelf verwachten. En dan begin je er gewoon niet aan.
Er schiet me ineens een uitspraak van Lao Tse te binnen, die Chinese wijsgeer die ooit zei, een paar duizend jaar geleden, ‘elke reis begint met een enkele stap’. Als je de eerste stap neemt, dan volgt de tweede stap en de derde stap. Zo simpel denk ik moet je het ook maken.
René – En dan in het simpel maken. Stel je voor dat jij de eerste drie stappen zou mogen definiëren of drie eerste punten waar mensen zouden kunnen beginnen in hun permanente persoonlijke groei. Wat zou dat zijn?
Menno – Ik denk het eerste is dat je toelaat dat je verlangens in je hebt die eruit mogen. Je hebt wensen, je hebt verlangens en dat mag je gewoon toelaten. Als je het leuk vindt om in een team met collega’s waar je werkt om af en toe dingen in te brengen. En je denkt ‘dat mag niet’ of ‘dat hoort niet’, of ‘dat kan niet’. Begin een keertje met iets in te brengen.
René – Doe het gewoon een keer.
Menno – Kijk wat het met je doet. Kijk niet gelijk naar wat het oplevert. Kijk wat je ervan vindt. Kijk hoe het voelt. Word je er blij van, word je er niet blij van? Gaat het niet goed, gaat het wel goed? Wees niet te streng voor jezelf, maar ga gewoon op weg. Zet een eerste stap. Maar wel vanuit het verlangen om het potentieel wat in jou zit er uit te laten komen. Er zit zoveel in jou wat er allemaal nog niet uitkomt. Ga dat gewoon een beetje testen, een beetje oefenen. Met jezelf.
René – En puntje twee, wat zou je nog meer kunnen?
Menno – Het is ook wel handig als je het er over kan hebben met iemand. Als je het hebt over permanent persoonlijke groei zijn er tegenwoordig de boekenkasten bij de boekhandels die vol staan met boeken. Dus je kan een keer een boek lezen en veel mensen doen dat gelukkig. Maar het is ook fijn als je iemand hebt waar mee kan sparren, waarmee je kan praten over dit soort zaken, waarmee je kan klankborden. Ik heb het niet gelijk over een professionele relatie met een coach, met een therapeut of wat dan ook. Maar gewoon met iemand waarmee je dat leuk vindt. En waarbij je je veilig genoeg voelt om alles te delen. En een andere is, je kan je ook omringen met mensen die hier ook mee bezig zijn.
René – Eigenlijk punt 3 lijkt me dan?
Menno – Punt 3, klopt. Schiet men ineens het woord Sangha te binnen. Dat je een Sangha creëert. Dat betekent een club van gelijkgestemden, net zoals er boekenclubs zijn, of net zoals er praat groepen zijn. En de meest professionele en geïnstitutionaliseerde vorm daarvan is natuurlijk dat je naar een cursus gaat. Want dan zit je een paar keer met gelijkgestemden rondom een thema. Maar ik zou het eigenlijk langer willen doortrekken. Ik zou het niet op een cursus of een programma willen focussen. Maar gewoon dat je een groep hebt van mensen om je heen waarmee je bespreekt hoe het met je gaat.
René – Menno dankjewel.